Krijg volledige toegang met een gratis account@headerTag>
Voordelen van het Coloplast® Professional platform
Krijg volledige toegang tot educatieve onderwerpen, scholingen en bronnen.
Houd uw voortgang bij
Deel ondersteunende materialen met uw patiënt
Deel materiaal met uw collega's
Inleiding
Prostaatkanker is een van de meest voorkomende vormen van kanker bij mannen ouder dan 50 jaar.1 Hoewel het niet altijd te voorkomen is, is vroegtijdige opsporing cruciaal voor een effectieve behandeling1. Veel mannen krijgen in hun leven prostaatkanker2.
Prostaatspecifiek antigeen (PSA) screening kan de kans op prostaatkanker gerelateerde sterfgevallen verlagen. Er kleven echter nadelen aan, zoals fout-positieve uitslagen, complicaties tijdens biopsies en het probleem van overdiagnoses. Desalniettemin kan een snelle en proactieve behandeling na het ontdekken van prostaatkanker door middel van screening helpen om het risico op uitzaaiingen te verkleinen3.
Wist je dat?
Wat is de rol van de prostaatklier?
De prostaat is een klier en onderdeel van het mannelijke voortplantingssysteem. Hij heeft de vorm van een kastanje en bevindt zich net onder de blaas en voor het rectum. Hij produceert vloeistof die het sperma voedt en vervoert dat door de testikels wordt geproduceerd. De prostaatklier omringt het begin van de urethra.
De prostaat speelt een rol bij continentie omdat hij verbonden is met de urethra. Als de prostaat vergroot raakt, bijvoorbeeld door kanker, komt er druk te staan op de urethra. Hierdoor kan het moeilijk zijn om te plassen en neemt ook de behoefte om te plassen toe4.
Behandeling en gevolgen van prostaatkanker
Er zijn verschillende soorten behandelingen beschikbaar voor prostaatkanker: bestralingen, hormoontherapie, cryotherapie, chemotherapie of chirurgie4. Het belangrijkste type operatie voor prostaatkanker is een radicale prostatectomie5. Hierbij worden de hele prostaatklier en de zaadblaasjes verwijderd6. Bij het verwijderen van de prostaat kan ook het eerste deel van de urethra worden verwijderd en het overgebleven deel van de urethra wordt dan gehecht aan de blaas7.
Na de operatie zijn er vaak problemen met het ophouden van urine. Dit kan het gevolg zijn van veranderingen in de anatomie van de patiënt7.